De welhaast legendarische Düsseldorfse kunstenaar Hans Peter Feldmann
was zelf aanwezig tijdens de opening en had het samen met zijn vrouw
duidelijk naar zijn zin: “Schön al diese junge leute” sprak hij
verheugd. Op zaterdag 1 oktober opende zijn solo tentoonstelling in
Galerie Block C in Groningen. Een eigenzinnige kunstenaar met 50 jaar
oeuvre in een net zo eigenzinning geprogrammeerd initiatief van de
eigenaren Agnes Scholte en Marinus Augustijn.
Veel werken in een bijna een mini overzichts tentoonstelling en dat
is wel bijzonder gezien zijn cv. met daarop de grote instituten als de
Bienale Venezia (2009), Serpentine Gallery, Alte Pinakothek ed.
Kunstruimte Galerie Block C, Westerhavenstraat 14a, toont nog
tot en met zondag 6 november werk van de Duitser Hans-Peter Feldmann
(75).
In een inleiding over Feldmann zegt Minerva-docent David Stroband:
“Hans-Peter Feldman is een professionele voyeur. Bij iedere
tentoonstelling maakt hij de kijker deelgenoot van zijn fascinatie voor
allerhande beeldmateriaal. Ook de talloze boeken die hij inmiddels heeft
gemaakt laten alle mogelijke beeldmotieven zien.
Het boekje ‘Voyeur’, waarvan al 6 verschillende edities zijn
uitgekomen, toont rond de 800 door hem verzamelde plaatjes. Ze zijn
lukraak geplaatst en er is geen tekst aanwezig. Wel komen bepaalde
motieven, echte Feldmann-motieven, steeds terug: schommelende meisjes,
bergen, olifanten, spelende mensen in zee, paarden, meeuwen, clowns,
interieurs van paleizen en veel foto’s met een erotische of
pornografische lading.”
Galerie Block C wordt gerund door Marinus Augustijn en Agnes Scholte.
“In 2013 zijn we begonnen. We hadden eigenlijk een ‘no budget galerie’
voor ogen. Je stuurt gewoon wat uitnodigingen rond via internet. Zo zijn
we begonnen. Onze derde tentoonstelling was van grafisch vormgever
Hansje van Halem. Vanaf dat moment hebben we ook bij iedere
tentoonstelling een affiche. Hansje stelde voor die posters te gaan
maken en dat vonden we een aantrekkelijk idee. We hebben haar de vrije
hand gegeven. Aan de posters herken je meteen dat het om Galerie Block C
gaat.”
Voor de Gezinsbode zet ik beide galeriehouders op de foto samen met
een serie ‘opgeblazen’ nostalgische voetbalplaatjes van spelers van
Hamburger SV. Marinus Augustijn: “Een paar weken voor de expositie was
ik in de Hermitage in Petersburg. Daar heb je een zaal gewijd aan de
Russische veldtocht van Napoleon. De zaal hangt vol met generaals die
gevochten hebben tegen Napoleon. Je zou kunnen zeggen dat in die zaal
het favoriete team hangt van de tsaar. Het formaat van die schilderijen
komt vrijwel overeen met de voetbalplaatjes die hier hangen. En dan zie
je dat het gevoel van een favoriet team en dat je daar dan de plaatjes
van wilt hebben, dat dat op alle niveaus in de maatschappij aanwezig
is.”
Galerie Block C is open op vrijdag, zaterdag, zondag 13.00-17.00 uur.
Hans-Peter Feldmann is geen man van woorden. Woorden leggen te veel beslag op de open blik en willen te snel betekenissen oproepen. Eerst kijken en dan nog eens kijken. Feldmann verzamelt en ordent al een kleine 65 jaar beelden. Hij ziet dit ook als zijn meest belangrijke bezigheid en zal zichzelf nooit kunstenaar noemen. Hij houdt niet van het opplakken van etiketten. Dat staat het plezier van het kijken maar in de weg.
Hans-Peter Feldmann (Düsseldorf, 1941) wil zijn kijken en ordenen delen met anderen. In de jaren 60 maakte hij gedurende een aantal jaren schilderijen waar gebruiksvoorwerpen (een potlood, een stempel, een lade) de hoofdrol speelden. De achterzijde van deze werken beplakte hij met allerlei plaatjes die hij in tijdschriften tegenkwam. Al snel merkte hij dat het medium fotografie hem meer mogelijkheden bood vat te krijgen op de wereld om hem heen. Van 1968 tot en met 1976 maakte hij grijze, kartonnen boekjes (verschillende formaten) die met bindgaren en nietjes bij elkaar werden gehouden. In de boekjes waren series in offset gereproduceerde zwart-wit foto’s te zien van vrouwenknieën, vliegtuigjes in de lucht, fietsers, zeilboten op een meer, de zee, wolken, vrouwelijke filmsterren, voetbalplaatjes en besneeuwde dennenbomen . Het aantal beelden binnen een serie kwam intuïtief tot stand, elk boekje verscheen in duizendvoud, kostte weinig geld en toonde op de kaft het aantal afbeeldingen en de naam van de kunstenaar in gestempelde letters. Feldmann werkt sindsdien altijd in ongelimiteerde oplages en signeert zijn werk nooit. Biografische informatie verleent hij zelden en hetzelfde geldt voor interviews.
Hans-Peter Feldmann is a man of few words. Words blur the open eyeand tend to immediately add explanations.Looking and looking again comes first.Feldmann has been collecting and ordering images for almost 65 years. He considers this to be his main occupation and will never call himself an artist. He does not like labelling, because it will only block the eye.
Hans-Peter Feldmann (Dusseldorf, 1941) likes sharing his way of viewing and ordering . For some time in the 1960s he made paintings in which utensils (a crayon, a stamp, a drawer) played the leading part. On their backside he pastedall kind of pictures that he had found in magazines.Soon he noticed that the medium of photography could offer him more possibilities to get a hold on the world surrounding him. From 1968 to 1976 he made greycard-board booklets in different sizesthat were kept together with packthread and staples. In these books series of reproduced black and white pictures were shown of women’s knees, airplanes in the air, cyclists, sailing boats on alake, the sea, clouds, female moviestars, football pictures and snow covered fir trees. The number of images in each book came up intuitively, a booklet appeared in one thousand copies. at a small amount of money and the number of images and the artist’s name were shown on their covers in stamped letters.Since then Feldmann has always worked in unlimited editions and also stopped signing his work. He hardly ever gives biografical information or interviews. When he can not get around an interview he will answer in images. The grey cardboard books show worlds by repeating specific visual motives..We won’t get a unique view on the world around us. He leaves a possible interpretation of images entirely up to the viewer and hopes that it will be ambiguous.