Ned
Attempts To Block C
Attempts to Block C is de uitnodiging van Klaas Koetje om te beschouwen wat Block C representeert. Is het een galerie, een keurige white cube waar kunstenaars hun werk kunnen tentoonstellen, of is het een ruimte met een ambigue geschiedenis dat tijdelijk verheven is om een ander doel te dienen? Kan een ruimte los van de tijd een verhaal bevatten of is het de symbiotische relatie tussen kijkers, de kunstenaar en de omgeving dat gezamenlijk betekenis verschaft? Door gedurende de looptijd van de expositie met de betekenissen van Block C te spelen en de locatie binnen dit specifieke gebouw, is Attempts to Block C een reis om het ruimtelijke verhaal van Block C te begrijpen.
Klaas Koetje is een multidimensionale visuele verhalenverteller, schrijver, varend woonschipper en peetvader van veel kunstenaars in Groningen. Terwijl zijn werk dat enkele decennia omspant veel vormen van visuele en tekstuele verschijningen heeft aangenomen, heeft hij voor deze gelegenheid een verhaal in elkaar gezet van vier hoofdstukken dat verteld wordt aan de hand van ruimtelijke verhalende schema’s. Ieder hoofdstuk vertoont zich twee weken en belichaamt pogingen om de ruimte te bezien.
Wat mij vooral verbaasde en nieuwsgierig maakte terwijl ik met Klaas sprak was hoe ruimte in en van zichzelf van het grootste belang is. Het is wellicht zonneklaar dat de keurige witte muren van een galerie vooral onzichtbaar willen blijven om ingebrachte kunst optimaal centraal te stellen. Hoewel het mogelijke verhaal dat een dergelijke ruimte vertegenwoordigt ambivalent blijft. Als ik echter nadenk over de kunsthistorische canon van conceptuele kunst, de kunst die ontmanteld is van esthetische behaagzucht of liever gezegd, de nadruk wil vestigen op beschouwende ervaringen van de omgeving. Binnen dit scenario observeer ik Klaas’ pogingen om een complexe dialoog aan te gaan met de ruimte waarbij de huidige naam losstaat van het gebouw.
...Uiteindelijk blijf ik me afvragen, is Attempts to Block C een subtiele kritiek op white-cube esthetiek, is het een archiefonderzoek dat wordt vertaald in een beeldentaal, is het een verhaal waarin enkel de fictieve wereld overleeft of is het wellicht Klaas’ openhartige herinterpretatie van Block C’s ruimte? Deze vragen blijven terugkeren tussen complexe, raadselachtige verhalen en de eenvoud van materiële vormen en tenslotte, een goed gemaakte simulatie van onze zintuiglijke ervaring.
Klaudija Ylaite 2024
ATTEMPT O
Het verhaal begint bij het archiefonderzoek dat Klaas bracht naar de geschiedenis van het gebouw waar Block C is gehuisvest.
Bij binnenkomst van de expositieruimte staat een schaalmodel van Block C, gevuld met een perfect passend ijsblok dat ons uitnodigt om de proloog te ontcijferen. De miniatuur vormt een eerste stap van de verhalende puzzel die Klaas voor ons heeft voorbereid.
De suggestie is vervat in de vorm van van het materiaal – een kubusachtige miniatuur van Block C’s eigenlijke galerieruimte en een blok ijs. Maar terwijl het ijs langzaam smelt en zijn oorspronkelijke vorm leegloopt wordt de tijdelijke transformatie van de omgeving verteld door het vergankelijke beeld dat inherent is aan de oorspronkelijke functie van het gebouw. Hoewel de karakteristieke vormen tot symbolisch denken aanzetten, is het nadrukkelijk, zoals Klaas me verzekerde, letterlijk en derhalve eenvoudig.
ATTEMPT I
Nadat we onze gewaarwording op de proef hebben gesteld in Attempt O komen we de hoofdruimte binnen waar het eerste hoofdstuk gebruik maakt van de speelsheid van het bekende spel Mikado. Voor dit verhaal zijn de stokken vergroot tot precies de hoogte van de wit geschilderde muren van Block C en de kleurcodes van de stokken zijn enigszins aangepast. Zo’n veranderde configuratie dient niet enkel als eerste poging de ruimte te blokkeren maar voorziet ons van nog een ander puzzelstukje van het verhaal. Gevraagd naar het waarom van Mikadostokken blijkt zijn antwoord terug te voeren op de oorspronkelijke betekenis van het woord Mikado – de verheven ruimte; duidend op het precaire evenwicht tussen de passiviteit van een fysieke ruimte en de betekenis boven de natuurkundige dimensies uittillen.
Dat doet mij denken aan hoe Ilya Kabakov delen van installaties beschouwt als totale installaties. Voor Kabakov is de totale installatie de fysieke ruimte zelf en daarmee het leidende gegeven van de ervaring. Daarmee komt het narratief op de voorgrond in tastbare elementen die in de ruimte zijn gepositioneerd. Alleen in dit geval transformeert de zoektocht om obstructie te plegen in een performatieve handeling waarin het verhaal evolueert tussen de waarschijnlijkheid dat Mikadostokken vallen en Klaas’ opzettelijke betrokkenheid bij de scène.
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
English
Attempts To Block C
Attempts To Block C is Klaas Koetje’s invitation to anticipate what Block C signifies. Is it a gallery space, a neat white cube for artists to display works of art, or is it a space with an ambiguous history that has been elevated for the time being to serve a different purpose? Can space outside time frames have a narrative, or is it the symbiotic relationship between the viewers, the artist, and the environment that together activates the meaning? By playing with the means of Block C and its positionality in this particular building, throughout the timescape of the exhibition, Attempts To Block C is a voyage to make sense of Block C’s spatial narrative.
Klaas Koetje is a multidimensional visual storyteller, writer, captain of a boat, and godfather of many artists based in Groningen. While his work has taken many forms of visual and textual expressions that span through decades, for this occasion, Klaas has crafted a story of four chapters that are told through spacial narrative schemata. As each chapter unfolds every two weeks, they epitomize the attempts of doing space. What particularly stunned my curiosity while conversing with Klaas was how space in and of itself is of the utmost importance. It is perhaps evident that the neat white walls of gallery spaces aim to remain invisible to provide the best spotlight to the artworks that are brought from other places. However, the agency of such gallery space’s possible narrative remains ambivalent. Then again, I ponder through the art historical canon of conceptual art, the art making that is stripped of aesthetic pleasing and rather the emphasis is put on reflective experiences of the environment. In this particular scenario, I perceive Klaas’ attempts as an intricate dialogue with the space for which the utterance of the building’s current name is unearthed.
... In the end, I still question myself, is Attempts To Block C a subtle critique of the white-cube aesthetics, is it an archival research that becomes translated into visual language, is it a story where only the storyworld survived, or perhaps it is Klaas’ frank re-interpretation of the Block C’s space. These questions continue to linger between complex puzzled narratives to the simplicity of material shapes and at last, a well-crafted simulation of our sensory experience.
Klaudija Ylaite 2024
ATTEMPT O
The story begins by dwelling on the archival research that Klaas has taken to trace back the history of the building where Block C is situated.
Upon arrival at the exhibition space, a miniature model of Block C which is filled with a perfectly fitting-sized ice cube invites us to decipher the prologue. The miniature acts as the first activator of a narrative puzzle Klaas has prepared for us. The suggestion lies in material shape —a cubical miniature of Block C’s main gallery space and a cube of ice. Yet, as the ice slowly fuses and its original shape empties; the temporal transformation of the environment is narrated by ephemeral agency inherent in the original building’s purpose. While the characteristic of shapes perchance impels symbolic thinking, its emphasis, as Klaas assures me, is literal and therefore straightforward.
ATTEMPT I
After stretching our perception in Attempt O, we enter the main space where the first chapter utilizes the playfulness of a well-known game, the Mikado Sticks.
For this story, the sticks are enlarged precisely to the length of the white-painted walls of the Block C space, and the color coding of the sticks is slightly adjusted. Such reconfiguration acts not only as the first attempt to block the space but at the same time provides us with yet another puzzle piece of the narrative. When asked Klaas why Mikado Sticks, his answer is allocated in the original meaning of Mikado —to elevate the space; implying a precariousness between the passivity of space and the potential of activating space beyond its physical dimensions. For this reason, I am reminded of how Ilya Kabakov calls installation pieces, that of a total installation. For Kabakov, the total installation is the physical space in itself which is the guiding point of experience. Therefore, the narrative becomes foregrounded in tangible elements positioned in the environment. Only in this case, the quest to obstruct transforms into a performative act in which the narrative evolves between the probability of Mikado Sticks dropping and Klaas’ intentional engagement with the scene.