Foto’s en Joachim
Schmid De titel verraadt het al: Joachim Schmid (geboren in 1955 en
wonend en werkend in Berlijn) houdt zich bezig met foto’s. En hoe! In een tekst
over zijn werk wordt zijn vermoeden aangehaald (1) dat er niet veel mensen in
de wereld zullen zijn die zo veel beeld hebben gezien als hij. Tussen de late
jaren 80 en halverwege de jaren 90 zag hij gemiddeld 1000 foto’s per dag. Op
sommige dagen waren dat er wel eens 10000. Hij moest dan aan het einde van de
dag zijn ogen sluiten om weer uit zijn ‘beeldwereld’ te kunnen stappen. Schmid,
opgeleid in design en visuele communicatie aan de Hochschule der Kunste Berlin,
hield zich aanvankelijk helemaal niet bezig met het tonen van fotografie. Wel
met kijken en schrijven! Een tijd lang schreef hij kritieken en essays voor het
fotoblad ‘’European Photography’’ en ging in 1982 een eigen blad uitgeven: “Fotokritik”.
In dit blad kon hij zijn eigenzinnige, tegendraadse visie op fotografie meer
ruimte geven.
Het project ‘’Bilder von der Strasse’’ liep van 1982 tot 2012 en bevat een enorme verzameling foto’s die Schmid vond tijdens wandelingen op verschillende locaties in de wereld. Verscheurde pasfoto’s, verloren foto’s van een geliefde, weggegooide foldertjes met commerciële foto’s, enzovoort werden door Schmid opgeraapt en meegenomen naar een oord waar ze allemaal een tweede leven kregen. In dit project toont Joachim Schmid zijn empathische kant waar hij fotografische verschoppelingen een nieuwe levensstart geeft. Veel van de gevonden beelden, in de meeste gevallen mensen tonend, waren verscheurd, bedrukt met schoenafdrukken, verbleekt door de zon of aangetast door vocht. De verscheurde beelden werden gerestaureerd en ieder beeld werd, tezamen met lotgenoten, getoond met als bijschrift een nummer en de exacte plaats en tijd waar en waarop ze gevonden was. Talloze fragmenten uit verhalen worden hier getoond; verhalen die we nooit zullen kennen, maar waar we onze eigen invulling aan kunnen geven. Een verwant project aan ‘’Bilder von der Strasse’’ is ‘’Belo Horizonte, Praca Rui Barbosa’’. Schmid gaf een masterclass in Brazilië en zijn studenten klaagden dat er daar geen fotomateriaal op straat aanwezig was. Schmid ging zelf op onderzoek uit en vond op een specifiek plein in Belo Horizonte (zie titel van werk) allerlei negatieven afkomstig uit een mobiele ‘’fotostudio’’ waar mensen snel werden geportretteerd omdat ze een ‘’identificatie’’foto nodig hadden. De negatieven werden achteloos weggegooid en door Schmid weer opgeraapt waarna hij ze ontwikkelde en afdrukte om ze vervolgens in een expositie op veel groter formaat te tonen.
Dat Schmid op een gegeven moment in de problemen kwam omdat de fysieke condities waarbinnen zijn eindeloze verzameling fotomateriaal een plaats moest krijgen wel degelijk uitgeput raakten verbaast natuurlijk niet. Op een gegeven moment heeft hij besloten een deel van zijn collectie door de papierversnipperaar te halen. Het leverde lange stroken beeld op waaruit nieuwe werken werden gemaakt. Schmid ordende de stroken op kleur, maar ook weer op genre of onderwerp. De ordeningen werden vervolgens op dragers (van bijvoorbeeld 60 bij 70 cm) aangebracht en onder de overkoepelende titel ‘’Statics’’ en met subtitels (die verwijzen naar het specifieke onderwerp) als bijvoorbeeld ‘’Lingerie catalogue 2’’, ‘’Pizza delivery menus’’ of ‘’Advertising cards of London callgirls’’ aan het publiek getoond. Al in 1990 heeft Schmid zijn eigen ‘’Institute for the Reprocessing of Used Photographs’’ opgericht. Via een oproep vroeg hij allerlei instellingen om overtollig fotomateriaal naar hem op te sturen zodat hij dit ecologisch verantwoord kon verwerken of er andere bestemmingen voor kon zoeken. Deze ecologisch zeer verantwoorde oproep was een soort dekmantel om zijn eigen ‘’Archiv’’ van verrassend nieuw materiaal te voorzien. Op zijn verzoek kwam onverwacht veel respons en dit resulteerde in een behoorlijke uitbreiding van zijn eigen verzameling, maar ook in vernietiging van een deel van het materiaal (‘’Statics’’). In 1996 wordt Schmidt uitgenodigd zijn licht te laten schijnen over een archief met 70000 negatieven en afdrukken van een Engelse commercieel fotograaf, (werkend op het Engelse platteland halverwege de 20e eeuw). Hieruit komt het project ‘’Very Miscellanous’’ voort waarbinnen Schmid door de Britse fotograaf gemaakte portretten van mededorpelingen toont en ze tevens op eigen initiatief aanvult met tekstfragmenten uit kranten die verschenen in de betreffende Britse regio in de jaren 40. Dit samengaan van beeld en tekst illustreert de brede oriëntatie en onderzoekdrift van Schmid.Schmid heeft de afgelopen 35 jaar enorm veel geproduceerd. Ook veel boeken waarvan 100 vaak de oplage is. De laatste 20 jaar verhoudt hij zich ook intensief tot het internet waaruit bijvoorbeeld het project ‘’Cyberspace’’ is voortgekomen waarin registraties via seks-webcams van lege ruimtes worden getoond waarin het betreffende meisje even afwezig is. Schmid heeft de beelden enorm vergroot zodat ze zeer intens qua structuur en kleur zijn. In het boekje ‘’Sorry. A book of errors’’ presenteert Schmid meer dan 400 correcties van zogenoemde ‘’bedrijfsongelukken’’ in zes verschillende talen. De verontschuldigende tekstjes zijn door een gebruiker (hoogstwaarschijnlijk Schmid zelf) gedurende twee jaar op het internet gevonden en verzameld.
Block C toont ‘’Bilderbuch’’, waaraan Schmid sinds 2012 werkt. ‘’Bilderbuch’’ bevat een verzameling beelden die niet, zoals ‘’Archiv’’ ‘systematisch’ geordend zijn of in het geval van ‘’Bilder von der Strasse’’ op bepaalde plekken gevonden werden. Ze toont in een kalm ritme en binnen een uitgewogen vormgeving een ruime verscheidenheid aan fotografische typologieën. De foto’s zijn vaak al geruime tijd in het bezit van Schmid. Het boek ‘’Bilderbuch’’ heeft nu een tweede editie waarbinnen de beelden uit de eerste druk weer een andere volgorde hebben en er nieuwe aan zijn toegevoegd. De presentatie van deze nieuwste editie beleeft bij Block C zijn première. Tevens zal een installatie van 27 foto’s uit het boek worden getoond. Schmid vermeldt heel duidelijk bij het verschijnen van ‘’Bilderbuch’’ dat de beelden allemaal uit hun oorspronkelijke context zijn gehaald. Ze zijn natuurlijk ook door Schmid opnieuw gereproduceerd en als het ware toegeëigend. Hij schijnt zich te hebben laten ontvallen dat deze beelden ergens een ‘’persoonlijke’’ waarde voor hem hebben. Opmerkelijk omdat Schmid altijd een tamelijk anonieme positie innam ten opzichte van de foto’s die hij toonde. Fascinerend is ook de achterzijde van ‘’Bilderbuch’’ (eerste editie). Daarop is in magnetisch koelkast-poëzie de tekst ‘’Please | do | not | stop | take|ing | picture | s’’ te lezen. Deze tekst geeft in haar bondigheid essenties binnen het rijke ‘oeuvre’ van Schmid scherp weer. Stop niet met het nemen, maken van beelden!